Volop voedsel uit hongerend ontwikkelingsland te koop in Nederland

Onderstaand artikel verscheen op donderdag 21 februari 1991 in het Brabants Dagblad

Etiopië moet uit export import betalen.

Volop voedsel uit hongerend ontwikkelingsland te koop in NederlandBij de groenteboer zijn op dit moment volop bonen en meloenen uit Etiopie te koop, terwijl daar tienduizenden mensen verhongeren. Onze verslaggever Wim Klaassen, net terug uit dit ontwikkelingsland, raakte eerst in verwarring, maar vond een onthutsende verklaring.

Die zaterdag vertrok het vliegtuig van Ethiopian Airlines anderhalf uur te laat uit Addis Abeba naar Rome. Daar werd geen reden voor gegeven. Maar misschien wel een uur lang was er verwarring geweest omdat veel te veel tickets waren verkocht voor de economy class. En al die mensen hadden zich gemeld. En wilden dus mee. Hoe krijg je al die schapen in het hok?
Het kostte veel tijd. Maar het lukte, want in de duurdere business class was ruimte genoeg. En dus mocht een groep reizigers voor het goedkope kaartje een dure stoel bezetten. Genieten van betere dienstverlening, een gratis Europese krant, gratis drankjes varierend van champagne, tot cointreau, tot een bloody mary. En een warme lunch, trots aangekondigd op een menukaart, drukwerk van Europese klasse.

Het geheim
Op de menukaart roemt Ethiopian Airlines de eigenschappen van de Etiopische keuken. "Het geheim van de Etiopische keuken zijn de kruiden, in verfijnde combinaties en toegepast in een overvloed van gesmolten boter. Door verschillende gedroogde in vijzels fijngestampte kruiden te mengen, ontstaat de basis van sauzen die gebruikt worden bij het eten van vlees, vis en groente." En zo gaat het nog even lovend verder.
Maar heeft de keuken van het hongerende Etiopie wel vlees, vis en groente? Jawel, althans de keuken van Ethiopian Airlines. De reizigers in de business class konden voor het hoofdgerecht van de lunch kiezen: entrecote cafe de Paris, kuikenborst met sesamzaad of gegrilde forel. Daarbij werden rijst met bonen geserveerd, krokante aardappeltjes, iets van salade, een crackertje met kaas, een klein broodje met boter en wat een taartje genoemd werd met een schijf je kiwi. Vooraf een flensje. Koffie of thee toe. Eten genoeg in Etiopie voor de klanten van de luchtvaartmaatschappij.
Ook eten genoeg voor de export. De groenteman die met zijn wagen door het Brabantse dorp gaat, weet te melden dat hij snijbonen verkoopt uit Etiopië. Hij schaamt zich er eigenlijk een beetje voor. Vandaar dat hij het bordje met het land van herkomst opzij heeft gelegd. Snijbonen uit Etiopie? Een woordvoerder van het Produktschap voor Groenten en Fruit geeft uitleg. "In de eerste vier maanden van het jaar importeert Nederland veel groenten uit warme landen. Van januari tot mei vorig jaar gemiddeld 50.000 ton per maand. Etiopie doet daarin mee met gemiddeld 100 ton per maand. Bijna uitsluitend snijbonen en sperziebonen. Die komen van westerse, in hoofdzaak Engelse, bedrijven die een vestiging hebben in het vruchtbare deel van west-Etiopië."
Daar in dat deel van Etiopie zijn overschotten. In grote andere delen van het land zijn tekorten. Uit het overschotgebied wordt onder meer de hoofdstad Addis Abeba, althans het meer welgestelde deel van de burgerij, van voedsel voorzien. En uit het overschotgebied wordt geëxporteerd. In dat gebied was vorig jaar zelfs een recordoogst te melden, vertelt de Engelse Irene Lacy die voor het Wereld Voedsel Programma van de Verenigde Naties met haar staf kantoor houdt in Addis Abeba.

Transport
In een land als Etiopië krijg je overschotten uit het ene deel van het land niet gemakkelijk in het hongerende andere deel. De verbindingen zijn slecht. En veel vrachtauto''s rijden er niet Maar toch, waar een wil is, is een weg. Ook in Etiopië. Het lijkt vreemd om te suggereren dat de Etiopische overheid liever voedsel exporteert dan het naar haar hongerende gebieden te sturen. Maar anderzijds is het wel zo, dat het Wereld Voedsel Programma de hele wereld afstroopt naar voedsel om de mensen in het verdorde noorden van Etiopië van de hongerdood te redden. Dat voedsel moet tegen hoge transportkosten uit bij voorbeeld Europa komen. Het moet in Etiopië soms over meer dan duizend kilometer worden vervoerd. Over wegen die slecht zijn. En die daarom met geld van andere
regeringen, bij voorbeeld de Britse, worden opgeknapt. Die tonnen voedsel worden vervoerd met trucks van het Wereld Voedsel Transport. "Er rijden er 330 in Etiopië. Door moeilijke gebieden gaan ze soms in konvooien van wel 45 wagens", zegt Irene Lacy.
Voor die tonnen voedsel uit andere landen behoeft Etiopië geen cent neer te tellen. Sterker nog, de Etiopische overheid krijgt ook een deel om het zelf te distribueren. Daar moet ze dan zelf wel de transportmiddelen voor op de kop zien te tikken. Maar dat gaat gemakkelijker als je weet dat je niet behoeft om te zien naar je hongerende burgers, omdat ''de wereld'' daar de verantwoordelijkheid voor heeft overgenomen.

Lege meloendozen liggen opgestapeld
Op de markt in Den Bosch zijn volop produkten uit Etiopië te koop. Lege meloendozen liggen opgestapeld. (Foto Felix Janssens)

Lenin
Etiopië, om dit alles een land dat je in verwarring brengt. Een arm land. Jarenlang bood de Sovjet-unie de helpende hand. Maar sinds glasnost en perestrojka is dat afgelopen. De portretten van Stalin, Marx en Engels zijn uit het stadsbeeld van Addis Abeba verdwenen. Een standbeeld van Lenin staat er nog. Op een opvallende plaats, bij het kantoor van de Organisatie van Afrikaanse Eenheid. Lenin, kloek in marshouding. Met het gezicht in de richting van het vliegveld. Hij zal dus wel gauw verdwenen zijn, fluistert Addis Abeba.
Etiopië  moet wel exporteren om importen te kunnen bekostigen. Want zelf heeft het land nauwelijks industrie en dus industrieprodukten. Bijna alles wat het leven een beetje zou kunnen veraangenamen moet uit het buitenland komen. Maar ook meer elementaire dingen heeft Etiopië niet. Ofschoon het land zelf suiker produceert, serveert Ethiopian Airlines in zijn vliegtuigen bij de koffie suiker uit Nederland. En omdat dat kennelijk gemakkelijker is, levert dat Nederlandse bedrijf ook de kleine zakjes melkpoeder. En zout en mosterd bij de maaltijd. Etiopië heeft een textielindustrie. Maar de badhanddoeken in het hotel zijn ''Made in West Germany''. De glazen in het restaurant komen uit Frankrijk. De marmelade bij het ontbijt uit Denemarken. De weinige fietsen in Addis Abeba zijn een produkt van China. Het magazine waarmee de luchtvaartmaatschappij haar reizigers verhaalt van haar glanzende prestaties is gedrukt in Kenya. Het Engelstalige blad bij de kapper dat alleen onderwerpen uit Afrikaanse landen bevat, wordt uitgegeven in Engeland.
En zo kun je nog wel even doorgaan. De staatstelevisie laat vaak beelden zien van oogstprestaties die het arme volk moeten overtuigen van de weldaden van het regime van president Mengistu. De oogstmachines kreeg Etiopië  uit de vroegere DDR. Daar komt nu zelfs geen schroefje meer vandaan. De vraag is zelfs of het vroegere Oost-Duitsland nog van die machines fabriceert. Maar wat moet Etiopië als het onderdelen voor die machines nodig heeft en Duitsland ze niet meer kan leveren? Dan zal de oogst weer met de hand binnengehaald moeten worden, verwacht de Nederlander die er veel jaren in tal van Afrikaanse landen op heeft zitten. "Tenzij die landen terug willen naar de toestand van een paar eeuwen geleden, zullen ze over vijftig jaar weer gekolonialiseerd zijn. Want zelf kunnen ze zich niet redden", zegt hij cynisch.